Joop Bekius – Bergen in roerige tijden (1930-1960)

Joop Bekius, geboren Bergenaar en Murmelliaan van 1962 tot 1969, vertelt over de eerste groeistuipen van ons dorpje klein daar aan de duinenrand (Het liedje van de Bergenaar). Tot in de jaren twintig was de Heer van Bergen heer en meester over het dorp. Er was wel een gemeenteraad, er waren wel wethouders, maar die hadden niet veel in te brengen. Onder aanvoering van onze oud-rector Jaap Hemelrijk kwam daar verandering in. De raad eiste zijn plaats op en wilde meepraten en meebeslissen. Bergen groeide van boerendorpje tot een seizoensbadplaats. Er kwam een tram, een vliegveld, maar toen die na de oorlog weer verdwenen wist niemand hoe het verder moest. Dat ging niet zonder horten en stoten, zo zelfs dat in de jaren vijftig de gemeenteraadsverslagen van Bergen werden gelezen als een feuilleton. Klap op de vuurpijl was in 1959 het naar huis sturen van de burgemeester. Dat was nog nooit vertoond! De burgemeester van Alkmaar, Wytema, werd ingevlogen om de rust te herstellen. Met redelijk succes, al leert de recente geschiedenis dat het nooit saai wordt in Bergen.

Joop gaat in op een aantal hoofdrolspelers, Jaap Hemelrijk voorop. Maar ook Jacob Miltenburg, directeur van de melkfabriek Wilhelmina, raadslid en wethouder komt in beeld. Wie waren ze, wat wilden ze? En uiteraard de familie Van Reenen. Waren ze weldoeners of projectontwikkelaars met een goed oog voor hun eigen zaak, of allebei? Het had geen haar gescheeld of de wouden van Bergen (waar wij zo graag over zingen in ons lijflied) waren er niet meer geweest maar veranderd in een villawijk. Het komt allemaal langs in dit praatje met een plaatje.